Wanneer een opdrachtgever een zzp-er (zelfstandige zonder personeel) inhuurt en zeker wil zijn dat hij later geen loonheffing moet betalen over het aan de zzp-er betaalde vergoeding dient hij te beschikken over een aan de opdrachtnemer door de fiscus afgegeven verklaring, de verklaring arbeidsrelatie (VAR). In deze verklaring verklaart de fiscus aan de hand van een aantal door de opdrachtnemer ingevulde vragen hoe zij deze werkzaamheden beoordeelt. De werkzaamheden kunnen beoordeeld worden als 1) winst uit onderneming, 2) resultaat uit overige werkzaamheden of 3) dienstbetrekking.

Wanneer de fiscus verklaart dat er sprake is van winst uit onderneming weet de opdrachtgever zeker dat hij niet aangesproken zal worden om de loonheffing voor de opdrachtnemer te betalen. Een eventuele naheffing komt in een dergelijk geval bij de opdrachtnemer terecht. Een verklaring resultaat uit overige werkzaamheden of een verklaring loonheffing leidt niet tot vrijwaring van de opdrachtgever. Het is derhalve aan te raden alleen een zzp-er met een verklaring winst uit onderneming voor u te laten werken.

In een eerder bericht kon u lezen dat de verklaring arbeidsrelatie (VAR) per 1 juli 2015 zou worden vervangen door een Beschikking Geen Loonheffing (BGL). In zijn oorspronkelijke opzet gaf de BGL helemaal geen zekerheid en kon de fiscus achteraf zowel bij de opdrachtgever als bij de opdrachtnemer loonheffing naheffen.

Dit feit heeft in de praktijk tot veel ophef geleid. Staatssecretaris Wiebes van Financiën heeft als reactie hierop een alternatief ontwikkeld voor de huidige VAR en de voorgestelde Beschikking Geen Loonheffing (BGL).

Het voorgestelde alternatief houdt in dat zowel belangenorganisaties van opdrachtgevers en zzp-ers, als individuele opdrachtgevers en zzp-ers hun overeenkomst vooraf aan de belastingdienst kunnen voorleggen. Keurt de Belastingdienst de overeenkomst goed, dan heeft de opdrachtgever de zekerheid dat hij geen loonheffing hoeft af te dragen voor de zzp-er. Wel moet er dan daadwerkelijk gewerkt worden conform de overeenkomst, maar dat spreekt voor zich.

Om te voorkomen dat de fiscus overladen wordt met ter goedkeuring voorgelegde overeenkomsten zal de fiscus de voorgelegde, goedgekeurde overeenkomsten nadat ze geanonimiseerd zijn, publiceren. Andere opdrachtgevers en –nemers kunnen deze overeenkomsten dan gebruiken.

Voorts maakt de fiscus zelf enkele voorbeeldovereenkomsten. Deze voorbeeldovereenkomsten zullen in de herfst op de site van de belastingdienst gepubliceerd worden.

Daarnaast zal de fiscus ook bepalingen op haar website plaatsen die kunnen worden gebruikt als een overeenkomst tussen een opdrachtgever en –nemer worden opgesteld.

De fiscus zal naar verwachting gemiddeld 6 weken nodig hebben om een voorgelegde overeenkomst te beoordelen.

Let op: de fiscus beoordeelt alleen of er sprake is van een verplichting tot betaling van loonheffing. Hoe de zzp-er deze inkomsten in zijn aangifte moet aangeven (winst uit onderneming, resultaat uit overige werkzaamheden of loon) wordt niet beoordeeld door de fiscus.